26.05.2020
interview

Kunstenaars zijn het gewend om in onzekerheid te leven

Het transdisciplinaire theatercollectief playField. werkt altijd al met alternatieve publieksopstellingen en was daarmee onverhoeds goed voorbereid op de anderhalvemetersamenleving. Hoe gaan zij om met de coronamaatregelen, en wat voor effect heeft sociale distantie op hun werk? Op boeiende wijze onderzoeken Tim De Paepe en Lana & Marthe Schneider in hun voorstellingen de relatie tussen kunst, wetenschap en technologie, waarbij het publiek vaak actief betrokken wordt. playField. is een van de vaste huismakers van Het Huis en doorloopt bij ons een ontwikkeingstraject in het kader van de Subsidie Nieuwe Makers van het Fonds Podiumkunsten. 

‘In ons werk gaat het al vaak over het ‘nieuwe' normaal.’

- PlayField.

Hoe gaan jullie om met de crisis? Is het moeilijk om je artistieke praktijk aan de situatie aan te passen?
Marthe: We hebben het geluk dat we in de researchfase van een nieuwe voorstelling zaten op het moment dat de crisis uitbrak. We zouden in de Arenbergschouwburg in Antwerpen in residentie gaan, maar we hebben dat vrij makkelijk naar een thuiswerksituatie kunnen omzetten omdat we vooral veel online- en literatuuronderzoek doen op het moment.
Tim: In ons werk praten we vaak over het ‘nieuwe normaal’: welke invloed heeft de voortschrijdende technologie en wetenschap op hoe we naar onszelf en de wereld om ons heen kijken, en welke nieuwe wetten, regels en gedragscodes ontstaan er als gevolg daarvan? De coronacrisis is in die zin een perfect voorbeeld van een hele drastische en plotselinge verandering, die grote gevolgen heeft voor hoe we met elkaar omgaan. Je merkt meteen dat je op een andere manier gaat werken en dat levert ook positieve dingen op: vergaderingen plannen gaat efficiënter, het is veel makkelijker om mensen te spreken omdat iedereen thuis zit. We zijn in ons werk altijd op zoek naar manieren om mensen uit te nodigen voor het gesprek over de thema’s die we behandelen, en we kunnen in deze situatie dingen online uitproberen die we mee kunnen nemen naar de situatie erna.

Welke dingen bijvoorbeeld?
Lana: We zoeken naar een soort online medemakerschap. Voor onze nieuwe voorstelling I Remember vragen we mensen van over de hele wereld om een tekst te schrijven over herinneringen, in de vorm van veertig zinnen die ieder beginnen met ‘I remember’. Zo kunnen we zien hoe verschillende culturen met het principe van herinneringen omgaan en dat als materiaal voor de voorstelling gebruiken. Je merkt dat je als vanzelf internationaler gaat werken omdat je de hele tijd online met elkaar in gesprek bent, er zijn geen fysieke grenzen meer.

De crisis heeft vast niet alleen positieve gevolgen gehad.
Lana: Nee, er zijn wel voorstellingen geannuleerd. Dat waren allemaal projecten in de reeks van de Big Data Trilogie, maar die zijn gelukkig ook redelijk makkelijk coronaproof te maken omdat ze allemaal al van een alternatieve publieksopstelling uitgaan en een lage bezoekerscapaciteit hebben. Bovendien worden de thema’s die we in die voorstellingen aansnijden alleen maar relevanter.
Tim: De eerste voorstelling, #1 HOLLOW, gaat over data en privacy en hoe makkelijk we persoonlijke data afstaan. Je kan juist in deze tijd goed zien hoe dat werkt: vanwege het gebruiksgemak zit iedereen op Zoom terwijl dat programma zo lek is als een mandje.
Marthe: Ja, het is heel mooi én gevaarlijk hoe snel we ons aanpassen aan deze nieuwe situatie. Het nare is dat het afleren van dat gedrag veel moeilijker is: je raakt gewend aan minder privacy en meer controle, maar het is belangrijk om je van die verschuivingen bewust te blijven.
Lana: Ja, denk aan de voorgestelde corona-apps die je locatie en contacten bijhouden, en de onvrijwillige temperatuurmetingen als je in een publieke ruimte naar binnen wilt. Welke middelen worden door het doel geheiligd?

En de andere twee delen van de trilogie, #2 BIAS en #3 RELAY?
Lana: In #2 BIAS wordt het publiek in hokjes opgedeeld op basis van schijnbaar onschuldige vragen die ze moeten beantwoorden. Dat zegt veel over de kunstmatige verschillen in de maatschappij, en over ongelijkheid. En in deze crisistijd zie je dat ook die verschillen duidelijker worden: wie kan het zich veroorloven om thuis te werken en veilig te blijven en wie niet? Het virus slaat veel harder toe in kansarme gebieden.
Tim: En in #3 RELAY verbeelden we ons een toekomst waarin de kunstmatige intelligentie het van de mensheid heeft overgenomen, eigenlijk een soort stroomversnelling van de technologische ontwikkeling die al gaande is. Zo’n crisis heeft het duidelijke effect dat processen die al in gang waren gezet versnellen, zoals de technologisering van de zorg en de digitalisering van communicatie. De toekomstvisie die we in de voorstelling ontvouwen stelt eigenlijk de vraag (zonder daarop al een antwoord te formuleren): is dit waar we naartoe willen?

Eigenlijk is jullie artistieke praktijk dus vrij coronabestendig.
Lana: Ik denk dat het in de aard van ons werk zit om altijd op de realiteit van dat moment te reageren; we waren al veel bezig met vragen die in deze crisistijd nog relevanter worden.
Marthe: Maar we botsen er ook mee, want eigenlijk bereiken we nu in ons creatieproces het moment dat we eigenlijk de vloer op zouden moeten en dat gaat nu niet. Daarom verleggen we de focus van ons ontwikkelingstraject naar de professionaliseringsslag die we in een later stadium wilden maken, het bouwen aan onze organisatie, gesprekken voeren met boekers en programmeurs, etc. Dingen die we altijd al wilden doen maar waar we niet aan toe kwamen vanwege de productiedrang. En voor de voorstelling zelf betekent het dat we nu meer bezig zijn met het digitale aspect ervan, zoals de website waarop mensen zelf herinneringen kunnen achterlaten. En we bedenken manieren waarop we de voorstelling geschikt kunnen maken voor de anderhalvemetersamenleving. Eigenlijk past fysieke afstand echter wel goed bij de voorstelling, omdat het juist over iets niet-fysieks als herinnering gaat, iets ontastbaars dat ons met elkaar verbindt. Het kan het juist sterker maken dat de fysieke afstand op de een of andere manier overbrugd moet worden.

Komen jullie vanwege de crisis in financiële nood?
Marthe: Vanwege de Subsidie Nieuwe Makers zitten we gelukkig redelijk safe, dat is best wel een luxepositie. Als ik om me heen kijk komen heel veel jonge kunstenaars in grote problemen.
Tim: In Vlaanderen is het een groot probleem dat er veel met interim contracten wordt gewerkt en die geven je geen basis voor zelfstandigenondersteuning vanuit de overheid.
Lana: Je komt alleen in aanmerking voor tegemoetkoming als je zwart op wit kan aantonen dat er speelbeurten zijn weggevallen. Ik heb wel het gevoel dat wij als kunstenaars zo gewend zijn om in onzekerheid te leven dat het misschien daarom minder impact heeft dan op andere mensen.

Denken jullie vanwege deze crisis anders na over de thematiek van jullie werk?
Tim: Ik vind deze periode ook vrij interessant, we moeten op een heel andere manier nadenken over hoe je je publiek echt kan ‘bereiken’, in de zin van een gevoel van verbintenis creëren.
Lana: Ik moest denken aan het concept van ‘interbodily resonance’ waar we nu onderzoek naar doen. Bij activiteiten die je samen doet en waarbij je de krachten bundelt, zoals collectieve rituelen (zoals bij voorbeeld de 2 minuten stilte bij dodenherdenking) of gezamenlijke arbeid, krijg je dezelfde input en impulsen en vervaagt het individu: je krijgt de fysieke ervaring van opgaan in het collectief. Dat roept in deze tijden de vraag op: vergt dat gevoel een fysiek samenzijn, of kan je dat ook via een digitale verbinding bereiken?
Tim: Ja dat is wel de reden dat een videoregistratie van een voorstelling voor mij niet werkt, je voelt je niet samen met andere kijkers. Hou zouden we dat gevoel kunnen nabootsen?
Marthe: Ik vind daarin de voorstelling Watchapp #1: Emmi en Leo van het Antwerpse gezelschap SKaGeN heel sterk: daarin word je aan een appgroep toegevoegd en volg je vervolgens het app-gesprek tussen twee vreemden die verliefd op elkaar worden. Dat voltrekt zich niet binnen een uur maar in de loop van drie weken, met de snelheid waarmee appen echt gaat dus. Dat voyeuristische heeft iets heel aantrekkelijks.
Tim: Ja dat is dus het positieve van deze tijd, dat we nadenken over hoe we in een virtuele setting een bepaald gevoel van intimiteit kunnen creëren.

Lees meer over

+Toon meer makers